Haiku’s juni
Wilde chicorei,
klaprozen en koningskaars –
zomaar langs de weg.
Fluweelzwart veertje,
met roomwitte dons eraan –
gevlogen vogel.
Haiku’s juli
Veren in de lucht,
twee zwaluwen duiken weg –
zachte avondbries.
Een scholekster piewt,
windstilte in de polder –
een torenvalk bidt.
Haiku’s augustus
Net zeventien jaar
fietsen ze samen naar school –
de weg ligt open.
Heldere trillers,
een zwart glanzende merel –
op de balkonrand.